STEAMmagazine Heutink VO
Marco van Zandwijk Kennismanager Waarborgfonds & Kenniscentrum Ruimte-OK
Marco van Zandwijk stelt dat de visie op onderwijs van nu over vijf jaar waarschijnlijk al weer achterhaald is. Dat vraagt gebouwen die in die veranderingen meebewegen. Tenminste, als je nog een gebouw nodig hebt. Een stevige stelling, maar wat moet je er mee als je nu op het punt staat een school of onderdelen daarvan te gaan ontwerpen? Waar begin je? Heel eenvoudig: durf te vragen! STRATEGISCH VERNIEUWER Van Zandwijk verdiept zich als strategisch vernieuwer continu in deze vraag. Ooit begonnen als architect, bevordert hij nu als kennismanager de huisvestings- kwaliteit van het onderwijs. Hij is het gezicht achter de scholenbouwwaaier en was mede-initiatiefnemer bij het ontwikkelen van het Kwaliteitskader Huisvesting – Basisonderwijs. Op dit moment richt deze vernieuwer zich op de Green Deal Scholen en de doorontwikkeling van het Kwaliteitskader voor het voortgezet onderwijs en de Kinderopvang. TOVENAAR VAN OPLOSSINGEN ‘Als architect werd ik te vaak gezien als een tovenaar van oplossingen. Er was een huisvestingsprobleem en dat moest worden opgelost. Of ik daarvoor de oplossing wilde bedenken. Het liefst een kant en klare. In plaats van te gaan ontwerpen, zocht ik dan de dialoog. Vroeg: wat wil je (er) doen, waarom wil je dat doen?’ Van Zandwijk draait graag de zaken om. ‘Een goede oplossing begint met het stellen van de juiste vragen. Niet de oplossing, maar de vraag staat centraal.’ VERDER DENKEN DAN IN LOKALEN EN VIERKANTE METERS
Een nieuw schoolgebouw? Durf te vragen!
DE VRAAG FORMULEREN Het formuleren van de juiste vraag blijkt in de praktijk echter niet zo eenvoudig. Veel scholen worstelen hiermee, dus ging Van Zandwijk zelf meehelpen de vraag te formuleren. Die behoefte bleek zo groot, dat de architect tegenwoordig niet meer aan ontwerpen toekomt. Hij is nu volledig gecommitteerd aan de zoektocht die nodig is voor het proces van bouwen en huisvesten. Daarbij werpt hij overigens menig heilig huisje omver. Van Zandwijk is een omdenker. te prikkelen om te formuleren wat ze willen bereiken. Eerst gaat het klassieke Programma van Eisen over- boord. Wat verwacht je van de leeromgeving? Wat wil je met deze leeromgeving bereiken, welke kwaliteiten (architectonisch, functioneel en technisch) van de ruimte zijn daarvoor nodig? Pas als je die vragen hebt beantwoord, kun je in oplossingen gaan denken.’ SCHOLENBOUWWAAIER Om stuk voor stuk die juiste vragen te stellen, heeft Van Zandwijk in opdracht van de Rijksbouwmees- ter enige jaren geleden al weer de scholenbouw- waaier gelanceerd. De waaier helpt bij verbouw en bij nieuwbouw van scholen. Het doel: de ambities van opdrachtgevers, gebruikers, adviseurs en ontwerpers vanaf de start boven tafel krijgen. De thema’s Proces, Beleving, Gebruik, Techniek en Economie structureren alle gebruikerswensen naar een nieuw Programma van Eisen. De waaier heeft twee kanten, een inspiratiezijde voor de fase van visievorming en een informatieve zijde met praktische informatie. PVE OVERBOORD ‘Ik probeer van alle kanten mijn opdrachtgevers
DE ESSENTIE VAN KEUZES Van Zandwijk: ‘door de vraag helemaal af te pellen, kom je tot de essentie van je keuzes. Neem bijvoor- beeld luchtkwaliteit. Je hoort vaak dat die niet goed is op scholen, toch wordt er zelden of nooit op gestuurd. En gangen, we weten dat die meer en meer ontmoe- tingsplekken worden. Dat vraagt dus een andere inrichting en uitstraling dan een verkeersruimte.’ ENORME DIVERSITEIT ‘Gebouwen die klaar zijn voor toekomstbestendig onderwijs worden gekenmerkt door een enorme diversiteit aan vormen en sferen. Kijk naar bibliotheken en musea, deze zijn flexibel in het sterk wisselende programma dat zij huisvesten. Hier naar kijken stimuleert en inspireert enorm. Het is belang- rijk dat een omgeving daarnaast net zo warm en veilig aanvoelt als thuis. Om dat te creëren, moet je goed nadenken over de sfeer en de setting die je nodig hebt om een goede leerervaring te bieden. Dat gaat zoveel verder dan denken in normatieve vierkante meters en het denken in lokalen.’ MODEWOORD FLEXIBILITEIT Door de juiste vragen te stellen, ontstaat ruimte om anders naar een schoolgebouw te kijken. Als je vanuit die blik opnieuw de vraag formuleert welke fysieke randvoorwaarden nodig zijn voor de gewenste leeromgeving, kom je tot heel andere oplossingen. Zonder je te verschuilen achter het modewoord flexibiliteit. Van Zandwijk: ‘Een totaal flexibel gebouw is onzin. Een ruimte die overal goed voor is, is nergens goed voor. De opvatting ‘architectuur is goed benutte ruimte’ staat nog steeds als een huis in het onderwijs. Je moet alleen eerst de juiste vragen stellen.’
164
165
EEN SCHOOLGEBOUW IS EEN FYSIEKE RANDVOORWAARDE VOOR HET KUNNEN BIEDEN VAN GOED ONDERWIJS. HET ONDERWIJS VERANDERT, DUS DE GEBOUWEN OOK!
‘WIL JE TOEKOMSTBESTENDIG BOUWEN, DAN PRAAT JE OVER EEN GEZONDE, DUURZAME EN BETAALBARE SCHOOL. MAAK DIT EXPLICIET. DURF TE COMMUNICEREN OVER INHOUDELIJKE DOELSTELLINGEN.’
Made with FlippingBook