Handleiding_BSM_Rovict_UVA

Attitudevragen Leerlingen uit zowel basisonderwijs als voortgezet onderwijs vullen 34 attitudevragen in. Hierbij wordt aan leerlingen gevraagd hoe zij denken over onderwerpen zoals het luisteren naar een ander, verschillen tussen mensen en afspraken in het land. Enkele attitudevragen meten sociale wenselijkheid. Bij de attitudevragen geeft de leerling antwoord op de vraag: ‘Hoe goed past een uitspraak bij jou?’. De leerling kan kiezen uit vier antwoordalternatieven in welke mate een uitspraak bij hem/haar past. Basiswaarden De leerlingen vullen 34 vragen in die de attituden ten aanzien van de acht basiswaarden van de democratische rechtstaat (zie paragraaf 2.2) meten. De leerlingen geven weer aan hoe goed een uitspraak bij hen past en kunnen daarbij kiezen uit vier antwoordalternatieven. Schoolklimaat Zestien attitudevragen gaan over het schoolklimaat (zie paragraaf 2.3). Er wordt de leerling gevraagd hoe goed bepaalde uitspraken bij hun school passen. Leerlingen kunnen daarbij kiezen uit vier antwoordalternatieven. Vaardigheidsvragen Leerlingen vullen 22 vaardigheidsvragen in. Bij de vaardigheidsvragen wordt de leerling gevraagd hoe goed hij/zij is in bijvoorbeeld het nemen van beslissingen, het omgaan met anderen en het oplossen van conflicten. Leerlingen geven op een vierpuntsschaal aan hoe vaardig ze ergens in zijn.

10

Made with FlippingBook Digital Proposal Maker