themaboek_creatief.indd

Spray paint

2

* Het Oranje Fonds organiseert jaarlijks samen met duizenden organisaties in het land NLdoet; de grootste vrijwilligersactie van Nederland. NLdoet zet vrijwillige inzet in de spotlights en stimuleert iedereen om een dag(deel) de handen uit de mouwen te steken. De afgelopen tien jaar zijn er maar liefst 40.000 klussen geklaard en hebben 1,5 miljoen mensen deelgenomen. Tijdens NLdoet* gingen alle tweedeklassers van onze school aan de slag voor een goed doel. Zo ging één van de klassen aan de slag met het opvrolijken van ons schoolplein. Deze school is gehuisvest in een oud gebouw dat in de toekomst vervangen gaat worden. Een creatieve dag met de leerlingen resulteerde in een veel gezelliger plein. De Spray paint is gebruikt voor het decoreren van de prullenbakken.

Tijdens de NLdoet-klus ontstond spontaan een extra opdracht: zelf sjablonen snijden, in dit geval geïnspireerd op (straat-)kunstenaars zoals bijvoorbeeld Banksy of Hugo Kaagman. De sjablonen kunnen een patroon vormen op de tafels in de aula. Bij deze opdracht ligt de vaardigheid meer bij het snijden van de sjablonen, wat in de voorbereiding plaatsvindt. Voor het spuiten is dan ook de minder vaardige leerling succesvol.

“Mijn collega en ik hebben het eerst zelf uitgeprobeerd!”

We waren verrast over hoe gedetailleerd we konden werken met de 3D-pen!

Doodle 3D-pen

3

De eerste opdracht die ik heb bedacht is om met behulp van de 3D-pen sieraden te ontwerpen met een groep derdeklassers. Deze sieraden moeten iets vertellen over de toekomstdromen van de leerlingen. Dat hebben mijn collega en ik natuurlijk eerst zelf uitgeprobeerd! Met een tweedeklas gaan we insecten maken. Ter voorbereiding laten we ze kijken naar natuurfoto’s, realistische tekeningen, kunstwerken en fantasiefiguren. Daarna gaan ze aan de slag met de 3D-pen en maken ze een klein, vreemd insect waar ze ook een naam voor gaan bedenken.

Acrylverf & Schildersdoeken

4

“De enige opdracht die de leerlingen meekregen was dat ze materialen moesten combineren en samen moesten werken. Verder waren ze vrij om te maken wat ze maar wilden. De eerste week begon een klein groepje leerlingen met schilderen, de week erna ging een ander groepje verder met het werk dat nog niet af was. De leerlingen vonden de vrijheid die ze kregen bij deze opdracht erg lastig en gaven er op heel verschillende manieren invulling aan.”

23